GVR
Genootschap Voor Reclame. Doelstelling: behartigen van communicatie tussen belangen van en informatie door alle groeperingen uit de reclamewereld.

Gabor Granger techniek
Techniek die de prijsbeleving bepaalt d.m.v. het meten van de koopbereidheid bij verschillende prijsniveaus.

Gap-analyse
Analyse van het 'gat' tussen de gewenste toekomstige omzet en de verwachte toekomstige omzet bij ongewijzigd beleid.

Garantie
De schriftelijke bevestiging door fabrikant of handelaar, dat hij gedurende een bepaalde tijd instaat voor eventuele gebreken aan het artikel.

Gate keeper
Een van de rollen in het industrieel koopproces. Gatekeepers zijn die mensen die in de onderneming de informatiestroom beheersen. Zo kan b.v. een secretaresse reclame drukwerk niet doorgeven aan haar baas, voor wie het eigenlijk bestemd was.

Gauss-kromme
Zie: curve van Gauss.

Geïntegreerde marketing
Marketing-aanpak waarbij de marketinggedachte met alle andere bedrijfsfuncties is gecoördineerd.

Geïnternationaliseerde reclame
Reclame, waarbij kant en klare advertenties worden verzonden waarvoor alleen tekstvertalingen worden gemaakt.

Geïnvesteerd kapitaal
Het totale vermogen van de onderneming d.w.z. eigen vermogen + vreemd vermogen.

Geaggregeerde marketing
Marketingbeleid waarbij men de markt ziet als een geheel, dus niet segmenteert. Beleid waarbij men zich richt op de 'grootste gemene deler' in de markt. Zie: ongedifferentieerde marketing.

Gebruikelijke prijzen
Prijzen waaraan de consument zich door veelvuldig routinematig kopen heeft gewend, in die zin dat hij lagere prijzen wantrouwt en hogere prijzen als onnodig duur afwijst. Zie: traditionele prijzen.

Gebruiker
Een van de rollen in het koopproces. Degene die het goed of dienst 'consumeert' of er mee werkt.

Gebruikersprofiel
Een omschrijving van de gebruiker in termen van referentievariabelen als sexe, leeftijd, gezinsgrootte, etc. en in termen van produktgebruikscriteria zoals heavy users, light users, etc.

Gebruiksfrequentie
Het aantal malen dat iemand van een bepaald produkt gebruik maakt in een bepaalde periode.

Gebruiksgedrag
Het gedrag van de consumenten met betrekking tot het ge- en verbruiken van goederen en diensten.

Gebruiksgoederen
Ook wel duurzame consumptiegoederen. Goederen die meer dan één keer kunnen worden aangewend. Binnen gebruiksgoederen wordt een onderscheid gemaakt tussen minor durables en major durables.

Gebruiksintensiteit
Het gemiddelde gebruik per huishouding in een bepaalde periode.

Gebruikstest
Onderzoek waarbij de ondervraagde het betreffende produkt persoonlijk dient te gebruiken. Een voorbeeld is de produkttest.

Geconcentreerde marketing
Staat tegenover geaggregeerde en gedifferentieerde marketing. Houdt in als strategie dat onderneming marktsegmenten onderkent en zich bewust op een of enkele zich richt. Zie: nichestrategie of focusstrategie.

Gecumuleerd bereik
Het netto-bereik van opeenvolgende nummers of uitzendingen van een specifiek medium.

Gecumuleerd bereik van x nummers
Term uit de mediaplanning. Aantal personen dat met tenminste een van de x nummers van een bepaald persmedium wordt geconfronteerd. Het betreft hier netto bereik.

Gedifferentieerd produkt
Produkt dat zich op enigerlei wijze onderscheidt van andere produkten.

Gedifferentieerde marketing
Staat tegenover geaggregeerde en geconcentreerde marketing. Een strategie waarbij de onderneming meerdere marktsegmenten onderkent en op twee of meer een aparte marketinginspanning richt. Ook wel differentiatiestrategie genaamd.

Gedifferentieerde marktbenadering
Zie: Gedifferentieerde marketing.

Gedragswetenschappen
Wetenschappen die kennis verzamelen omtrent het menselijke gedrag: psychologie, sociologie, economie.

Gefactureerde omzet
Som van de per factuur aan de klant in rekening gebrachte bedragen.

Gefaseerd onderzoek
Een onderzoek dat meerdere onderzoekperioden beslaat. Groepsdiscussies b.v. kunnen leiden tot een bepaald inzicht dat in een later groter onderzoek wordt getoetst.

Geholpen bekendheid
Staat tegenover spontane (merk-)bekendheid. Het betreft hier de merken die de respondent zegt te kennen nadat de enquêteur de merknamen heeft genoemd.

Geholpen herinnering
Herinneringstest van communicatie-uitingen waarbij de ondervraagde een aanwijzing wordt gegeven die hem moet helpen bij het antwoord.

Geholpen merkbekendheid
De merken van een produkt die men zich weet te herinneren als ze genoemd worden.

Geknikte vraagcurve
Daarvan is sprake in geval van een homogeen oligopolie. De knik ontstaat doordat bij prijsverlaging van een der aanbieders de anderen zullen volgen (dus geen effect) en bij prijsverhoging de anderen niet volgen (klantenverlies). Zie: kinky demand curve.

Gele goederen
Goederen waarvoor consument zich een hoge koopinspanning wenst te getroosten, die hij langere tijd gebruikt, waarvoor weinig substituten bestaan, waarbij de handel hoge marge doch lage omloopsnelheid geniet en waarbij veel aanpassingen aan individuele wensen nodig zijn. (indeling van Aspinwall). Zie: oranje en rode goederen.

Gelijke paren
Bij onderzoek worden twee groepen personen aan elkaar gelijk gemaakt ten aanzien van een aantal criteria. Een groep is de experimentele groep; de andere de controlegroep. Zie: matched pairs.

Geloofwaardigheid
Het vertrouwen dat men schenkt aan een produkt of merk of aan de afzender van een reclameboodschap. (Engels: credibility).

Gemaksgoederen
Zie: Convenience goods.

Gemakswinkel
Winkel waar men terecht kan voor zogenaamde vergeten boodschappen, vaak op tijden dat andere winkels gesloten zijn. Zie: Convenience store.

Gemengde economie
Dit is een combinatie van enerzijds de vrije economie, produkten kunnen zonder enige belemmeringen worden verhandeld en anderzijds de centraal geleide economie, een centrale autoriteit neemt alle beslissingen t.a.v. de produktie.

Gemiddeld
Som van alle waarnemingen gedeeld door het aantal waarnemingen.

Gemiddeld omzetaandeel
Indicatie voor de sterkte van de positie in de ingeschakelde winkels, nl. de omzet van het eigen merk in de ingeschakelde winkels uitgedrukt in een percentage van de totaalomzet van de produktgroep waartoe dit merk behoort in diezelfde winkels.

Gemiddelde afwijking
De gemiddelde afwijking of deviatie van de waarnemingen ten opzichte van een centrale tendentie.

Gemiddelde krediettermijn
De gemiddelde tijd uitgedrukt in dagen, weken of maanden gedurende welke vorderingen op de klant in een bepaalde periode uitstaan.

Gemiddelde levensduur
Het aantal jaren dat een duurzaam consumptie- of investeringsgoed gemiddeld technisch overleeft.

Generics
Artikelen zonder merk (= merkloze artikelen of witte merken/produkten).

Generiek produkt
Produkt omschreven in termen van de behoeften welke het bevredigt.

Generieke concurrentie
Produktklasse concurrentie; concurrentie tussen een groep samenhangende produkten.

Generieke marketing
Het ruilen, de transactie van waarden.

Generieke reclame
Veelal vorm van collectieve reclame.

Geografische organisatiestructuur
Organisatiestructuur waarin de afdelingen gestructureerd zijn op basis van de verschillende afzetgebieden van de onderneming.

Geografische segmentatie
Een verdeling van een land in geografische eenheden. Dit kunnen zijn provincies en gemeenten maar ook Cebucogebieden, Nielsengebieden.

Gepatenteerd produkt
Produkt waarvoor een patent is verkregen.

Gepercipieerd risico
Zie: Perceived risk.

Gesloten interview
Interview waarbij de vragen strikt volgens de instructies van het enquêteformulier worden gesteld.

Gesloten ruil
Een aanbieder en een vrager ontmoeten elkaar en bepalen in onderling overleg de transactie en prijs.

Gesloten vraag
Vraag waarop de geënquêteerde slechts kan antwoorden met één van de voorgecodeerde antwoordmogelijkheden.

Gespecialiseerd filiaalbedrijf
Een onder eenheidsnaam werkende, centraal geleide, organisatie die minstens 14 speciaalzaken exploiteert.

Gestratificeerde steekproef
Steekproef waarbij de populatie in verschillende sub-groepen (= strata) wordt opgesplitst en er vervolgens per stratum een steekproef wordt getrokken.

Gestructureerd vraaggesprek
Vraaggesprek m.b.v. een vragenlijst die uitsluitend gesloten vragen bevat.

Gestructureerde enquête
Enquête waarbij de vragenlijst geprepareerd is met vragen die letterlijk in een bepaalde volgorde moeten worden gesteld.

Getrapte steekproef
Een steekproef waarbij de steekproeftrekking in meer dan een fase plaats vindt. Men trekt een steekproef van woningen, inventariseert daarna de huishoudingen welke in deze woningen aanwezig zijn en bepaalt daarna via loting de te interviewen personen binnen de huishouding.

Geur-test
Verschillende aspecten verbonden aan de geur worden onderzocht. Welke associaties de geur oproept. Beoordeling positief of negatief. Geursterkte op een geurschaal. De geur van b.v. waspoeder kan erg belangrijk zijn voor de beleving van de kwaliteit door de gebruiker.

Gevestigde handel
Handel met een vaste vestigingsplaats. Tegenovergestelde van ambulante handel.

Gewicht
Het belang van een gegeven in relatie tot andere gegevens. Elk gegeven wordt vermenigvuldigd met het gewicht dat men aan het gegeven hecht. Zie: Gewogen gemiddelde (Engels: weight).

Gewijzigde herhalingsaankoop
Aankoop van een industriële onderneming die - bij iets gewijzigde specificaties of bij een bepaalde wijziging in het aanbod - opnieuw binnen een bepaalde produktgroep een aanschaf doet. Zie: modified rebuy.

Gewogen distributie
Bij gewogen distributie een relatie gelegd tussen de grootte van de outlets en hun omzet in de markt. In formule: Gewogen distributie = numerieke distributie A x grootte indicator A. Zie: marktbereik, gewogen spreiding en coverage.

Gewogen gemiddelde
Het rekenkundig gemiddelde dat rekening houdt met de gewichten van de scores. Men neemt de som van alle scores of cijfers nadat deze vermenigvuldigd zijn met hun gewichten daarna deelt men de uitkomst door het aantal.

Gewogen samengesteld indexcijfer
Verhoudingsgetal dat betrekking heeft op meerdere produkten. De prijzen van de verschillende produkten worden gewogen met het bestedingspatroon van het basisjaar. Zie: indexcijfer Fisher, Laspeyres en Paasche.

Gewogen spreiding
Zie: gewogen distributie.

Gewogen steekproef
Een steekproef wordt geacht een correcte afspiegeling te zijn van de populatie, waaruit zij is getrokken. Indien dit niet zo is, worden er achteraf gewichten aangebracht, geënt op de populatie.

Gewoonte
Een vaste volgorde van stimulus en response, d.w.z. gedrag dat steeds terugkeert bij ongeveer dezelfde prikkels. Bijvoorbeeld: stimulus einde van de maaltijd, respons sigaret opsteken.

Gewoonte-prijzen
Prijzen die verbruikers min of meer verwachten voor bepaalde artikelen.