Marketingwoordenboek

A B C D E F G H I J K L M N O P Q R S T U V W X Y Z

 

 

O.E.M.
Original Equipment Manufacturer. Een fabrikant die produkten van andere fabrikanten in het eigen produkt verwerkt.

Objectief
Onbevooroordeeld.

Objectief criterium
Een norm om een gegeven aan te toetsen. Het objectieve karakter komt voort uit het feit dat de norm buiten het gebied ligt waarvan het te toetsen gegeven afkomstig is.

Objectiviteit
Het onbevoordeeld zijn.

Obligaties
Lening op lange termijn belichaamd in verhandelbare certificaten.

Observatiemethode
Vorm van marktonderzoek bestaande uit het waarnemen van die verschijnselen waarover men informatie wil hebben.

Octrooien
Het door de overheid verleend uitsluitend recht (gedurende zekere tijd) tot het maken en verkopen van een (nieuw) produkt.

Odd-even-pricing
De gewoonte om prijzen aan te geven die eindigen op bijvoorbeeld het cijfer 5 of 9, zoals ¦ 1,29 in plaats van ¦ 1,30 of ¦ 1,25 i.p.v. ¦ 1,23. Zie psychologische prijzen.

Odd-pricing
De verkoopprijs wordt afgerond op een oneven bedrag naar beneden b.v. ¦ 199,- in plaats van ¦ 200,-. Zie psychologische prijzen.

Oerproducent
De producent van agrarische, visserij of mijnbouwprodukten. De allereerste schakel van de bedrijfskolom.

Offensieve strategie
Strategie die tot doel heeft een marktpositie te veroveren/verdedigen met een hoog marketingbudget.

Offerte
Voorstel, aanbieding.

Oligopolie
Marktsituatie met slechts enkele aanbieders. Marktsituatie waarbij slechts enkele aanbieders een substantieel deel van de markt bewerken. Er is dus sprake van een hoge concentratiegraad.

Oligopsonie
Een marktsituatie met slechts enkele vragers.

Omgeving
Vanuit de optiek van een marketeer: alle partijen en ontwikkelingen die niet beheerst kunnen worden, maar waarmee wel rekening gehouden moet worden.

Omgevingsanalyse
Bestudering van alle omgevingsfactoren die van invloed kunnen zijn op het commerciële beleid.

Omgevingsfactoren
Factoren die van invloed kunnen zijn op het commerciële beleid, maar die niet of slechts in beperkte mate door de ondernemer beïnvloed kunnen worden.

Omloopsnelheid kapitaal
Financieel kengetal om de activiteit van een onderneming aan te geven. Te berekenen door de jaaromzet te delen door het geïnvesteerde vermogen (= kapitaal).

Omnibus enquête
Vorm van marktonderzoek waarbij opdrachten van verschillende opdrachtgevers worden gecombineerd tot een onderzoek. De kosten worden door de opdrachtgevers gezamenlijk betaald.

Omspanningsvermogen van de leiding
Zie: span of control.

Omsteltijd
De tijd die nodig is om een machine geschikt te maken t.b.v. fabricage van een nieuwe serie produkten.

Omzet
Verkochte hoeveelheid (= afzet) maal de prijs per eenheid.

Omzet per vierkante meter
Quotiënt van de omzet en het aantal vierkante meters.

Omzet potentieel
Omzetmogelijkheden voor een bepaald artikel, een artikelgroep of een onderneming op basis van omvang verzorgingsgebied en gemiddelde bestedingen.

Omzet tegen gemiddelde prijs
De afzet in hoeveelheden aan een klant per type produkt vermenigvuldigd met de gemiddelde prijs per type, die in de beschouwde periode werd gerealiseerd over alle klanten gezamenlijk.

Omzetaandeel
Indicatie voor de sterkte van de positie in de betreffende winkels, nl. de omzet van een bepaald merk gezien in verhouding tot de totale omzet in dat type produkt in de betreffende winkels.

Omzetbonus
Korting welke verband houdt met de in totaal bestelde hoeveelheid gedurende een bepaalde periode.

Omzetmaximalisatie
Ondernemingsdoelstelling. Het bedrijf streeft hierbij naar een zo groot mogelijke omzet.

Omzetprovisie
Deel van de beloning van een vertegenwoordiger, een percentage van de gerealiseerde omzet.

Omzetsnelheid
Financieel kengetal. Kan worden berekend door de inkoopwaarde van de omzet te delen door de gemiddelde voorraad.

Omzetsnelheid
Tempo waarin een zekere omzet wordt bereikt. Goederen die vlot worden verkocht hebben een hoge omzetsnelheid.

On pack
Vorm van consumentenpromotions. Het gratis aanbieden van artikelen direct bij aankoop hetzij als verpakking hetzij als kleinigheid van geringe waarde.

Onafhankelijke steekproef
Steekproef die los staat van andere steekproeven die uit dezelfde populatie zijn getrokken. Staat tegenover afhankelijke steekproef.

Onderbezetting
Situatie waarbij de beschikbare capaciteit niet ten volle wordt benut.

Onderbezettingsverlies
Zie: bezettingsverlies.

Onderhandse aanbesteding
Aanbesteding, waarbij slechts een beperkt aantal gegadigden wordt uitgenodigd.

Ondernemingsdoelstellingen
De meer concrete resultaten die een onderneming binnen haar maatschappelijke functie nastreeft, w.o.: 1) winst - al dan niet in % van de omzet - 2) een return on investment 3) groei in omzet, afzet of winst 4) flexibiliteit 5) continuïteit.

Onderverdeling
Uitsplitsing.

Ondervraagde
Geïnterviewde, informant, respondent.

Onderzoeksvoorstel
Een offerte door het marktonderzoekbureau. Onderdelen zijn: probleemstelling opdracht, probleemanalyse, onderzoekopzet, steekproefvoorstel, kosten, levertijd e.a.

One stop shopping
Het streven van de consument om alles in een gang te kopen.

One way mirror
Een doorkijkspiegel. Gebruikt bij observatie.

Ongedifferentieerde marketing
Zie: Geaggregeerde marketing.

Ongestructureerd interview
Enquête waarbij er alleen een vrij eenvoudige lijst met gespreksonderwerpen of vraagpunten is opgesteld.

Ongewijzigde herhalingsaankoop
Aankoop van een industriële onderneming die voor de tweede of volgende keer een identiek produkt koopt. Veelal kort beslissingsproces. Informatiebehoefte is veel geringer. Zie: straight rebuy.

Ongewogen data
Onderzoekgegevens die niet bewerkt zijn. i.v.m. steekproeftrekkingskansen. Staat tegenover gewogen data. Zie: Gewogen steekproef.

Ongewogen distributie
Het aantal verkooppunten van produkt A uitgedrukt in een percentage van alle verkooppunten die het produkt verkopen. Zie: numerieke distributie, distributie-intensiteit en distributiespreiding.

Ongewogen samengesteld indexcijfer
Verhoudingsgetal van meerdere produkten, waarbij elk produkt een gelijk gewicht krijgt. Staat tegenover gewogen samengesteld indexcijfer.

Onroerende goederen
Goederen die niet verplaatst kunnen worden. B.v. gebouwen. Staat tegenover roerende goederen.

Ontvanger
Begrip uit de communicatieleer. Degene voor wie een boodschap bestemd is.

Onvolkomen markt
Markt waarop aan een van de voorwaarden voor een volkomen markt niet voldaan wordt.

Opblazen van een steekproef
Engels: blowing up. Het kunstmatig vergroten van een steekproef (of een deel ervan). Dit kan indien een steekproef a-select getrokken is en een juiste afspiegeling geeft van de populatie. De onderlinge verhoudingen moeten onveranderd blijven.

Open interview
Interview waarbij de vragensteller vrij is in de vraagstelling. Hooguit beschikt hij over een aantal aanknopingspunten. Uiteraard is de ondervraagde geheel vrij in zijn reacties.

Open ruil
Alle vragers en aanbieders ontmoeten elkaar ter plekke en bepalen op dat moment gezamenlijk de prijs.

Open vraag
Vraag waarop de geënquêteerde zelf de vorm van het antwoord kan kiezen.

Open vraaggesprek
Gesprek aan de hand van een vragenlijst die uitsluitend open vragen bevat.

Openbare aanbesteding
Ook wel publieke aanbesteding. Aanbesteding, waarbij opdrachtgever gewoonlijk per advertentie bekend maakt dat bestek, omschrijving, tekeningen e.d. voor belanghebbenden beschikbaar zijn en dat offertes ('inschrijfbiljetten') voor een bepaalde datum ingeleverd moeten zijn op een bepaald adres.

Operational leasing
Vorm van leasing waarbij het contract in principe opzegbaar is. Kenmerkend is dat de gebruiker van het lease object het economisch risico afwentelt op de eigenaar.

Operationaliseren
Meetbaar maken. Zo wordt het abstracte begrip 'intelligentie' meetbaar gemaakt door een groot aantal vragen en opdrachten.

Operationele planning
Gedetailleerde planning op basis van prognoses waarin een concrete invulling wordt gegeven van de wijze waarop de strategische doelstelling gerealiseerd kan worden.

Operations
Term uit de dienstensector: de produktie van diensten.

Opinie
Mening en dus subjectief.

Opinie-onderzoek
Engelse term: poll. Zie opiniepeiling.

Opiniebladen
Tijdschriften die tot doel hebben de lezers te informeren (opiniëren) over algemene of specifieke onderwerpen.

Opinieleider
Iemand die invloed heeft op wat een ander doet of denken die dus ook m.b.t. consumptie invloed op anderen heeft.

Opiniepeiling
Het meten van de mening van een grote groep personen zoals het meten van de mening over een politieke partij of een andere zaak, die sterk in de publieke opinie staat (abortus, loonsverlaging). Is synoniem voor opinie-onderzoek.

Oplage
Het aantal exemplaren waarin een bepaald persmedium verschijnt (losse verkoop + abonnees).

Opslagmethode
Kostengerichte prijsstellingsmethode waarbij de verkoopprijs wordt bepaald door de inkoopprijs met een bepaald opslagpercentage te verhogen.

Oranje goederen
Produkten die gemiddeld scoren op de factoren aankoopfrequentie, brutomarge, service-gevoeligheid, consumptieduur en zoektijd van de consument. Indeling van Aspinwall. Zie: rode en gele goederen.

Order getting
Deel van de taak van de vertegenwoordiger nl. het winnen van nieuwe afnemers of het verkopen van nieuwe produkten aan bestaande afnemers.

Order taking
Orders ophalen. Deel van de taak van een vertegenwoordiger nl. het 'ophalen' van routinematig geplaatste orders bij bestaande klanten (in feite zuiver het noteren van de door de klant gewenste produkten en hoeveelheden).

Ordergrootte
De hoeveelheid goederen die in een bestelling wordt gekocht.

Orderpicking
Orderafhandeling.

Orderpuntbepaling
Bepaling van de voorraadgrootte waarbij een nieuwe bestelling moet worden gedaan.

Ordinale schaal
De getalstoekenning geschiedt om er zowel een categorie als een volgorde mee aan te duiden. Voorbeeld: hitlijst.